Terug naar overzicht
Mijn vlammetje wil erbij zijn, bij jullie huwelijk. Ik ben meer dan een geschenk; Ik ben een stille getuige in het huis van jullie liefde. Als de zon schijnt, hoef ik niet te branden. Maar als het donker wordt, als er storm komt in huis; Steek me dan aan. Als de eerste ruzie komt, als je in stilte onder iets lijdt; Als je omhelzen wil, maar je armen worden stijf; Als je tot een gesprek wil komen, maar geen woorden vindt; Steek me dan aan. Mijn vlammetje is duidelijk een teken in huis. Het spreekt de taal die de andere dadelijk verstaat. Ik ben je huwelijkskaars; Ik hou van jullie beiden. Laat me branden als het moet; Tot jullie wang tegen wang mijn vlammetje doven kunnen; Dan zeg ik dankbaar: "Tot de volgende keer."
Mijn vlammetje wil erbij zijn, bij jullie huwelijk.
Ik ben meer dan een geschenk;
Ik ben een stille getuige in het huis van jullie liefde.
Als de zon schijnt, hoef ik niet te branden.
Maar als het donker wordt, als er storm komt in huis;
Steek me dan aan.
Als de eerste ruzie komt, als je in stilte onder iets lijdt;
Als je omhelzen wil, maar je armen worden stijf;
Als je tot een gesprek wil komen, maar geen woorden vindt;
Mijn vlammetje is duidelijk een teken in huis.
Het spreekt de taal die de andere dadelijk verstaat.
Ik ben je huwelijkskaars;
Ik hou van jullie beiden.
Laat me branden als het moet;
Tot jullie wang tegen wang mijn vlammetje doven kunnen;
Dan zeg ik dankbaar: "Tot de volgende keer."